Rekenen Ouders

Pagina top navigatie elementen

'Wat goed lijkt te werken, is als ouders inschatten wat het kind zonder hun hulp kan en inspelen op wat het met hun hulp extra kan bereiken.'

Ouders tellen mee bij het leren rekenen!

Logisch redeneren is een belangrijke component van de onderzoekende houding van kinderen en speelt bovendien een belangrijke rol bij het rekenonderwijs. Maar in de eerste jaren van de basisschool spelen ouders óók een belangrijke rol bij de rekenontwikkeling van hun kind. Hoe dat zit, lees je in dit interview met orthopedagoog dr. Tijs Kleemans van de Radboud Universiteit.

Jouw onderzoek laat zien dat ouders een belangrijke rol spelen bij de rekencapaciteiten van hun kind. Hoe zit dat precies?
We onderzochten of hetgeen wat ouders samen met hun kind deden aan activiteiten op het gebied van beginnende gecijferdheid (bijvoorbeeld telrijmpjes oefenen, suikerklontjes tellen, met geld spelen) een positief effect had op de latere rekenontwikkeling van het kind. Dit bleek inderdaad het geval, zelfs als we rekening hielden met bijvoorbeeld de intelligentie en de taalvaardigheid van het kind. Bovendien bleek dat ouders die hoge, maar realistische verwachtingen hadden over de rekenprestaties van hun kind aan het eind van het schooljaar eveneens de rekenontwikkeling van het kind positief beïnvloedden. Beide resultaten zien we niet alleen terug in groep 2, als de kinderen vooral bezig zijn met de ontwikkeling van rekenbegrippen (bijvoorbeeld hoger/lager, kleiner/groter), tellen en schatten, maar ook een jaar later als de kinderen beginnen met optellen en aftrekken tot tien en twintig (met tientalpassering). Kort gezegd: ouders doen er dus toe!

Hoe heb je gemeten wat ouders thuis met hun kinderen aan rekenactiviteiten doen?
We lieten ouders een vragenlijst invullen over de activiteiten die zij samen met hun kind op het gebied van beginnende gecijferdheid deden. We vroegen hen naar activiteiten waarvan we weten uit eerder onderzoek dat ze aansluiten bij de rekenontwikkeling van kinderen in groep 2. Ouders konden aangeven hoe vaak zij samen met hun kind bezig waren met de betreffende activiteit. Daarnaast vroegen we ouders naar de verwachting die zij hadden ten aanzien van de rekenprestaties van hun kind aan het eind van groep 2 en aan het eind van groep 3.

Wat kun je als ouder dan doen om rekenvaardigheden te stimuleren?
De vragenlijst geeft een eerste indicatie over wat je thuis met je kind allemaal kan doen om samen met hem of haar op een speelse manier te werken aan de rekenvaardigheid. Het is daarbij denk ik belangrijk om een realistisch beeld te hebben van wat je kind wel en niet kan. Een goede communicatie met de leerkracht kan daarin handig zijn. De leerkracht kan ouders namelijk een completer beeld geven van de actuele prestaties van het kind. Ouders kunnen op hun beurt hierop aansluiten. Werken binnen de zone van naaste ontwikkeling noemen we dat: inschatten wat het kind zonder hulp kan en inspelen op wat het kind met extra hulp kan bereiken. Dat geldt natuurlijk ook voor de verwachtingen die je als ouders hebt: hoge, maar irreële verwachtingen werken vaak averechts, ook hier geldt dat moet worden aangesloten op het ontwikkelingsniveau van het kind.

Dr. Tijs Kleemans (Breda, 1985) studeerde Pedagogische wetenschappen aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Hij promoveerde in 2013 bij het Behavioral Science Institute (BSI) van de Radboud Universiteit op onderzoek naar de relatie tussen taal- en rekenvaardigheden en de rol van de gecijferde thuisomgeving. Het onderzoek werd mede mogelijk gemaakt door het onderzoeksprogramma TalentenKracht. Momenteel combineert hij als universiteit docent zijn onderzoekswerkzaamheden bij het BSI met zijn docentschap bij het onderwijsinstituut Pedagogische wetenschappen en Onderwijskunde van de Radboud Universiteit. In september 2012 kreeg hij de Universitaire Onderwijsprijs voor beste jonge docent.